7 februari 2018

Brede bezorgdheid in Tweede Kamer over onderdrukking Papoea’s in Indonesië

De Papoeabevolking in Indonesië wordt onderdrukt. Veel partijen in de Kamer zijn bezorgd over een verdere verslechtering van hun situatie, nu nauwelijks journalisten nog verslag kunnen doen van hun omstandigheden.

De SGP stelde Kamervragen naar aanleiding van de gedwongen uitzetting van een BBC-journaliste. Dit voorval is symbolisch voor de wijze waarop de Papoeaminderheid in Indonesië in allerlei opzichten onderdrukt wordt.

Kees van der Staaij: ‘Deze week ontving onze fractie een man uit Papoea die elf jaar in de gevangenis zat vanwege het hijsen van de Papoea-vlag. Dit is maar één verhaal, maar de meeste verhalen van onderdrukking en geweld komen niet in het nieuws. Dit vanwege het feit dat journalisten geen verslag kunnen doen in Papoea.

De vragen aan minister Zijlstra  worden gesteund door PvdA, CDA, CU, GL, VVD, SP, PVV en D66.

Schriftelijke vragen van de leden Van der Staaij, Ploumen, Van Helvert, Voordewind, Van Ojik, Ten Broeke, Karabulut, Sjoerdsma en De Roon over de onderdrukking van Papoea’s in Indonesië:

  1. Kent u het bericht ‘Journaliste moet Papua verlaten om tweets’?
  2. Kunt u bevestigen dat deze BBC-journaliste Henschke uit Papoea is weggestuurd, en bent u bekend met vergelijkbare gevallen van uitzetting van buitenlandse journalisten door de Indonesische overheid?
  3. Klopt het dat de Indonesische overheid zowel binnenlandse als buitenlandse journalisten actief tegenwerkt als het gaat om verslaggeving van de situatie van Papoea’s in Indonesië?
  4. Wat doet Nederland in het kader van de beleidsprioriteit ‘vrijheid van meningsuiting’ om ook de vrijheid te bevorderen van journalisten die verslag willen doen van de onderdrukking van de Papoeabevolking in Indonesië?
  5. Kunt u aangeven in hoeverre er sprake is van een verdere achteruitgang van de mensenrechtensituatie van Papoea’s in Indonesië?
  6. In eerdere antwoorden op schriftelijke vragen is ingegaan op de bijdrage van Nederland aan politietrainingen op Papua. Wat is de huidige status van de Nederlandse politietraining in Indonesië, en in hoeverre droeg of draagt deze inzet bij aan een verbetering van de mensenrechtensituatie in West-Papoea?
  7. Wat doet Nederland om uit te sluiten dat deze politietraining op enigerlei wijze bijdraagt aan het bevestigen van de onderdrukkende structuren jegens de Papoeaminderheid?
  8. Is Nederland bereid om, ook in EU- en VN-verband, bij de Indonesische overheid actief te blijven pleiten voor persvrijheid, voor het bevorderen van gelijke rechten voor de Papoeabevolking, en voor het stoppen en bestraffen van geweld tegen Papoea’s door onder meer leger en politie?