24 april 2013

Ontrouw maakt kapot

Ontrouw maakt meer kapot dan je lief is

Meer dan ooit is er behoefte aan sterke relaties en intacte gezinnen. Door ontrouw  worden partners beschadigd en  kinderen gedupeerd.  Websites als secondlove promoten moedigwillig overspel, met alle  ellende van dien. Dat is een stuitende vorm van misleiding. Er is eerder een campagne nodig om de waarde van trouw te promoten.

SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij: ‘Ik snap niet  dat deze reclame voor en het aanmoedigen van ontrouw in relaties kennelijk heel normaal wordt gevonden. Ik vind het namelijk helemaal niet normaal. Het zou juist andersom moeten: laat iedereen zich sterk maken voor trouw aan elkaar, en niet voor  ontrouw.

Door vreemd gaan aan te moedigen wordt een bom gelegd onder relaties. Niet alleen de partners, maar in het bijzonder ook kinderen, zijn hier de dupe van. Nog maar betrekkelijk kort geleden  hadden we de overheidscampagne ‘Drank maakt meer kapot dan je lief is’. Dat geldt niet minder voor bedrog van de eigen partner en verraad aan de kinderen.’

Schriftelijke vragen van de leden Van der Staaij (SGP) en Voordewind (CU) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, welzijn en sport en de staatssecretaris van Onderwijs, cultuur en wetenschap

  1. Bent u bekend met het initiatief Second love, dat ook in diverse media adverteert?
  2. Onderkent u dat het voor de vitaliteit en draagkracht van de samenleving van cruciaal belang is dat burgers werken aan sterke relaties en gezinnen? Welke initiateven onderneemt u om het versterken van relaties juist te bevorderen?
  3. Wat is uw visie op het feit dat Second love door middel van reclames een bom legt onder relaties, zelfs wanneer het goede huwelijken betreft? Bent u van mening dat dergelijke initiatieven onwenselijk zijn, mede in het licht van de decentralisatie jeugdzorg waarin juist de eigen kracht van sociale verbanden sterk wordt benadrukt?
  4. Bent u van mening dat het onwenselijk is dat de publieke omroep wordt benut om actief relaties te ondergraven? Zo nee, waarom niet?
  5. Welke invulling moet in dit verband worden gegeven aan de verantwoordelijkheid die media volgens de wet hebben?